Ondersteuning voor pleegkinderen en hun gezinnen 

Pleegkinderen zijn vaak een kwetsbare groep, waarbij de hechting en ontwikkeling langdurig onder druk hebben gestaan. 

Voor sommige pleegkinderen lijken ontwikkelingstaken, die voor andere kinderen ‘gewoon’ of ‘vanzelf’ verlopen, onoverkomelijke struikelblokken. Ze worden niet makkelijk zelfstandig, krijgen hun emoties of gedrag niet goed onder controle, vinden moeilijk hun weg in relaties, hebben moeite om zich uit te drukken, en hun schoolprestaties blijven achter. Daarnaast vertonen ze vaker emotionele- en gedragsproblemen. 


Het vastlopen in hun ontwikkeling kan te maken hebben met moeilijke gebeurtenissen en ervaringen uit hun voorgeschiedenis. Dit kan ook een zware belasting vormen voor pleegouders, wat kan leiden tot hoge opvoedstress of zelfs het voortijdig beëindigen van de pleegzorgplaatsing. 

Naast de reguliere pleegzorgbegeleiding aan pleeggezinnen, kan extra hulpverlening nodig zijn. Pleegkinderen, hun pleegouders en bredere context hebben dan baat bij een hulpverleningscontext die met professionele kennis mee nadenkt over wat er aan de hand kan zijn en hoe er kan worden geholpen.

Voorbeeldtekst. Klik om het tekstelement te selecteren.

Voorbeeldtekst. Klik om het tekstelement te selecteren.

Aanbod
De Fluisterplek biedt een uitgebreid aanbod aan om pleegkinderen en hun gezinnen optimaal te ondersteunen. Hierbij beschouwen wij de wisselwerking tussen verschillende hulpverleningsniveaus als cruciaal. 

Tijdens een intake maken we kennis met het pleeggezin in eventuele aanwezigheid van de pleegzorgbegeleider. We richten ons op het begrijpen van de moeilijkheden in de ontwikkeling van het kind, maar ook op het identificeren van diens sterktes, vaardigheden en veerkracht. Daarnaast onderzoeken we de krachten en kwetsbaarheden van het pleeggezin en de bredere context. 

Samen denken we na over hoe een mogelijk hulpaanbod eruit kan zien en ontwikkelen we een gedeelde kijk op het verdere hulpverleningstraject.

Voor wie 
Voor gezinnen met een pleegkind tussen 3 en 25 jaar oud, waar een kind bijzondere levenservaringen met zich meedraagt waardoor de ontwikkeling anders lijkt te verlopen, en waar pleegouders en ruimere context zich zorgen maken met betrekking tot de sociale en emotionele ontwikkeling van het kind.